Meer over Stichtelijk Woord

Meditaties ds E. van Meer

VAN UITSTEL KOMT AFSTEL!

Lezen: Handelingen 24

‘Als ik gelegener tijd zal hebben bekomen, zo zal ik u tot mij roepen.’

Handelingen 24:25

Onverschrokken ontvouwde Paulus de leer van zonde en genade voor Felix’ oren. Paulus preekte en handelde van rechtvaardigheid en matigheid en van het toekomende oordeel. En het hart van de stadhouder bonsde bij deze woorden! En zijn consciëntie sloeg hem als met vuisten. Geen wonder, want zijn levenswandel gaf daar ook alle aanleiding toe.

Het schuldgevoel van Felix was echter niet de verslagenheid en verbrijzeling, welke de Heilige Geest werkt, en waar een ontdekte zondaar niet onderuit kan komen, tenzij hij de hand des geloofs mag leggen op Christus’ borgwerk. Nee, het zondebesef  van Felix was aan een morgenwolk gelijk. Hij kon zichzelf best helpen en tot bedaren brengen door Paulus weg te zenden, zeggende: “Als ik op een andere keer meer tijd heb, dan praten wij wel eens verder…”

Twee jaren heeft de landvoogd nog in Cesaréa gezeteld, maar wij lezen helaas niet dat het gesprek met Paulus over het Evangelie is voortgezet.

Vindt u uzelf in Felix terug? Stel niet uit!

O, leer nog vrezen voor uw gevaarlijke handelswijze en vraag om de ware kennis van uw ellende. Vernederend is deze wetenschap voor het vlees, oh ja, maar zij is onmisbaar voor uw behoud. Wie zichzelf probeert te redden, zoals een Felix, die zal omkomen. Maar wie onder Paulus’ strenge woord krijgt te bukken, zal uit zijn engte of benauwheid voortgeleid worden naar de hemelse ruimte. De ruimte waar Gods gezangen van bevrijding hem omringen.

 

Ds. E. van Meer

Januari/Februari 2024

 

Zo gij Zijn stem dan heden hoort,

Gelooft Zijn heil- en troostrijk woord;
Verhardt u niet, maar laat u leiden.

 

WAAR IS GOD?

Lezen: Job 35

‘Maar niemand zegt: “Waar is God, mijn Maker, Die de psalmen geeft in den nacht?’

Job 35:10

Nee, dat vraagt niemand uit zichzelf. Ook zij die genade kennen vragen dat niet. Let maar op Job. Deze godvrezende man loosde klacht op klacht, maar er kwam geen Psalm over zijn lippen. In de nacht van tegenspoed en rouw zal pas dan een psalmlied weerklinken, als het ons van de Hemel gegeven wordt.

Wie te midden van ellende in eigen kracht een vers aanheft, zingt vals en zal het zingen ook niet volhouden. Daar is er Eén geweest, Die onder benauwdheid in een Psalm Zijn gevoelens vertolkte: Dat is Christus Jezus, Die uitging naar Gethsémané en Golgotha, nadat de lofzang (Psalm 113 tot en met 118) gezongen was.

Met hun oog op Hem geslagen, kregen Paulus en Silas, die te Filippi gevangen waren gezet in de binnenste kerker, in de nacht te bidden en Gode lofzangen te zingen.

Maar ook de ongelovigen van de oude dag mochten om Immanuëls wil betuigen: ‘’ “k Zal Zijn lof - zelfs in de nacht - zingen, daar ik Hem verwacht”.

De wereld begrijpt hier niets van.

En u? Is aan u wel eens onder uw kruis en in de schaduw van het kruis een Psalm gegeven? Gegeven! Alleen wat uit de Hemel als een genadegeschenk afdaalt, stijgt weer ten Hemel op, en zal de Allerhoogste aangenaam zijn, gelijk de zang der heilige engelen.

Zalig, om, zij het met bevende of met stokkende stem, in de nood, een lied des Heeren te zingen.

 

Ds. E. van Meer

maart/april 2024

 

'k Zal Zijn lof zelfs in den nacht

Zingen, daar ik Hem verwacht;

en mijn hart, wat mij moog' treffen,

tot den God mijs levens heffen.

  • © hersteld hervormde kerk 2024